| Op de dag van jouw ontstaan
|
| Had je moeder juist haar C & A’tje aan
|
| En je vader droeg een grijze suede jasje
|
| Samen zijn ze op die zondag Artis in gegaan
|
| Verbaasd dat 't zo zacht was voor de tijd van 't jaar
|
| Ze keken naar de dieren in de kooi en naar elkaar
|
| Verlegen schoof je moeder dichterbij
|
| Waar zij geen naam voor kon bedenken, dat werd jij
|
| Je vader was die dag de prins, je moeder een prinses
|
| Gezegend door een zonnekoning
|
| Werd jij de bekroning op per ongeluk-expres
|
| Op de dag van jouw ontstaan waren alle bomen net begonnen
|
| Zich op te maken voor een nieuwe lente
|
| Die al weken in de lucht hing, maar toen van start kon gaan
|
| Je vader was een zwijger maar hij praatte honderduit
|
| Je moeder, in de schaduw, genoot van zijn geluid
|
| En 't vreemd geluksgevoel daarbij
|
| Waar zij geen naam voor kon bedenken, dat werd jij
|
| Jouw vader was die dag de prins, je moeder een prinses
|
| In een land van melk en honing werd jij
|
| De beloning, per ongeluk-expres
|
| En al hebben ze dan later, volgens jou
|
| Elke fout gemaakt die mensen ook maar maken
|
| Die eerste keer schreeuwden mussen 't van de daken
|
| En was de hemel van 't allerDelftste blauw
|
| Op de dag van jouw ontstaan
|
| Stonden ze, als bij afspraak, op
|
| En in een omgebouwde zolderkamer
|
| Die 't daglicht nog verdragen kon
|
| Heeft ze haar jurk toen uitgedaan
|
| De hartstocht en de aandacht waar 't later aan ontbrak
|
| Gaf hen vleugels, en ze vlogen hoog boven het dak
|
| Getekend voor 't leven, allebei
|
| 't Beste dat ze konden geven dat werd jij
|
| Jouw vader was die dag een prins, je moeder de prinses
|
| Aanbeden op een bovenwoning
|
| Jij werd de bekroning op per ongeluk-expres
|
| Jouw vader was die dag een prins, je moeder de prinses
|
| Aanbeden op een bovenwoning
|
| Jij werd de bekroning op per ongeluk-expres |