| Wat was ze breekbaar, was ze broos toen je haar leerde kennen
|
| Als een rozenblad zo zacht
|
| Ze was wat wankel en wat boos soms, maar je kon het hebben
|
| Dat is wat ik dacht
|
| De tijd verstreek en zo het leek ging het haar steeds iets beter
|
| Langzaam vond ze weer de kracht
|
| Jouw liefde bleek de juiste kleur en toen gebeurde
|
| Wat ik niet meer had verwacht
|
| Vanaf de grond hielp je haar bouwen tot ze alles zelf kon
|
| Totdat ze stond
|
| Tot ze haar benen en haar vleugels eenmaal vond
|
| Nou, ik hoop dat ze geniet van al het moois dat ze nu ziet
|
| En dat de wind haar vleugels eeuwig dragen zal
|
| Want je gunt haar haar geluk ondanks jouw tranen van verdriet
|
| Maar ik hoop dat ze zich wapent voor de val
|
| Want weet je, lief
|
| Ze lijkt veel sterker nu dan jij, maar schijn bedriegt
|
| Ze ziet het niet
|
| Want als je valt is het soms net alsof je vliegt
|
| Het voelt alsof je vliegt
|
| Wat was hij zorgzaam en charmant toen je hem leerde kennen
|
| Wat een remedie voor de pijn
|
| Je hield nog af, gebroken hart, maar hij was niet te remmen
|
| Te mooi om waar te zijn
|
| Vanaf de start
|
| Een zee van bloemen heeft hij aan je voetstuk staan
|
| Maar toen hij je had
|
| Net zo plots als dat hij kwam is hij gegaan
|
| Nou, ik hoop dat hij geniet van al dat moois dat hij daar ziet
|
| En dat hij daar dan zijn geluk wel vinden zal
|
| Want je wilt hem niet verzwaren met jouw tranen van verdriet
|
| Maar ik hoop dat hij zich wapent voor de val
|
| Want weet je, lief
|
| Hij lijkt veel hoger nu dan jij, maar schijn bedriegt
|
| Hij ziet het niet
|
| Want als je valt is het soms net alsof je vliegt
|
| 't Voelt alsof je vliegt
|
| Dus denk nu niet, mijn lief, dat jij de zwakste bent
|
| 't Is niet zo moeilijk om te gaan
|
| Want als de storm opkomt en iedereen gaat rennen
|
| Blijven de sterkste bomen staan
|
| En het hoofd in de wolken zegt nog niet dat iemand vliegen kan
|
| Steeds weer de kortste weg maakt dat je sneller bent
|
| Maar word je er wel wijzer van?
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Wat ben ik trots op jou
|
| Als ik zie hoe sterk je bent
|
| En je wordt er steeds maar sterker van
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh (Oh, oh, oh, oh-oh)
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh (Oh, oh, oh, oh-oh)
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh (Oh, oh, oh, oh-oh)
|
| Ooh-ooh-ooh, ooh (Oh, oh, oh, oh-oh) |